'Dit blijft er nog van uw pensioen over', lijkt Klaas Knot te willen zeggen. (foto: ECB via flickr, (CC BY-NC-ND 2.0))
Hoe AOW’er en pensioengerechtigde sluitpost werden
Een van de opvallendste maatregelen in het regeerakkoord van Rutte IV was het voornemen om de AOW niet te indexeren, zodat deze elementaire ouderdomsvoorziening niet meer meestijgt met de andere uitkeringen en dus ook niet meer voor inflatie wordt gecorrigeerd. Voor de bevolkingsgroep die dit treft, zou dit hard aangekomen zijn, ook al omdat bijstelling van de pensioenen al jarenlang door de toezichthouder, De Nederlandsche Bank, wordt tegengehouden. Pensioengerechtigden zijn een bezuinigingspost geworden en hebben steeds minder geld tot hun beschikking bij steeds hogere kosten van levensonderhoud.
Veiligheid pensioenen niet verbeterd
Daar komt nog bij dat de vraag gesteld mag worden, in hoeverre de pensioengelden nog veilig zijn naarmate ze aan meer EU-regelingen onderhevig zijn. Cultuur onder Vuur heeft die kwestie in 2017 aanhangig gemaakt met een petitie aan de toezichthouder op de pensioenen, de president van De Nederlandsche Bank (DNB). De ontwikkelingen sindsdien hebben er niet geruster op gemaakt. In 2020 stelde de voorzitster van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP), Corien Wortmann-Kool, in een interview precies hetzelfde thema opnieuw aan de orde.
Pensioenen vormen privé-eigendom
Wortmann-Kool liet zich daarbij ontvallen: ‘Ik weet dat buitenlandse partijen de Nederlandse pensioenmarkt als een strooppot zien waarvan ze grote delen willen inpikken. Dat mogen we niet laten gebeuren.’ Duidelijk had ze daarmee andere EU-lidstaten op het oog, met name die met grote overheidsschulden te kampen hebben. Bedenk dat pensioenen “uitgesteld loon” zijn, een bijzondere vorm van privé-eigendom, waarop alleen de pensioengerechtigden aanspraak kunnen maken. Het mag niet voor andere doelen worden gebruikt en dient te bestemder tijd aan de rechthebbende uitgekeerd te worden.
‘Wij maken ons sterk’
Wat is de rol van de toezichthouder hierin? Officieel is De Nederlandsche Bank (DNB) sinds 2004 de toezichthouder op de pensioenen. Maar houdt deze toezichthouder ook exclusief de belangen van Nederlanders in het oog? De DNB omschrijft haar missie tegenwoordig als volgt: “Wij maken ons sterk voor financiële stabiliteit en dragen daarmee bij aan duurzame welvaart in Nederland. Daarvoor werken we als onafhankelijke centrale bank, toezichthouder en resolutie-autoriteit samen met Europese partners aan: - prijsstabiliteit en een evenwichtige macro-economische ontwikkeling in Europa. - een schokbestendig financieel systeem en een veilig, betrouwbaar en efficiënt betalingsverkeer. - solide en integere financiële instellingen die hun verplichtingen en toezeggingen nakomen.” En zij voegt daaraan toe: “Door onafhankelijk economisch advies uit te brengen, versterken we het beleid gericht op onze primaire doelstellingen.”
Knot was politieke benoeming
Opmerkelijk in deze missie-omschrijving zijn de formuleringen die directe aansprakelijkheid ontlopen. DNB zorgt niet voor financiële stabiliteit (haar kerntaak!) maar “maakt zich daar sterk voor”. DNB zorgt ook niet voor prijsstabiliteit, monetair evenwicht en betrouwbaar betalingsverkeer, maar “werkt daaraan”. Of haar adviezen wel zo onafhankelijk zijn, is intussen ook maar de vraag. Alleen al de benoeming van de huidige president van DNB, Klaas Knot, had vanwege het doordrukken van premier Rutte een duidelijke politiek tintje. Wie bovendien de Bankwet van 1998 doorleest, merkt dat niet het landsbelang voorop staat maar dat de afstemming op de EU alles overheersend is. De formule van de oude Bankwet (1948) “zoals voor 's land welvaart het meest dienstig is” komt er niet meer in voor.
EU belangrijker dan taakstelling
Bijvoorbeeld “prijsstabiliteit” is in de nieuwe Bankwet letterlijk een bijzin geworden van het “algemene economische beleid in de Europese Unie”: “Ter uitvoering van het Verdrag ondersteunt de Bank, onverminderd het doel van prijsstabiliteit, het algemene economische beleid in de Europese Unie teneinde bij te dragen tot de verwezenlijking van de in artikel 3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie omschreven doelstellingen van de Unie.” Wie uit dat “onverminderd” nog enige hoop put, moet bedenken dat DNB “een integrerend onderdeel [vormt] van het Europees Stelsel van Centrale Banken met betrekking tot de taken en plichten die het Verdrag aan dat Stelsel opdraagt.” Het gaat om het uitvoeren van het Verdrag en daarbij “is het de Bank toegestaan bij de uitoefening van haar taken en plichten […] instructies te vragen aan en te aanvaarden van uitsluitend de Europese Centrale Bank.”
Structurele dubbele pet
Je kunt gerust zeggen dat door toedoen van de Bankwet de president van DNB sinds 1998 structureel een dubbele pet op heeft. En de bovenste van die twee is een EU-pet. Die heeft het laatste woord. De positie van president van DNB, ooit onafhankelijk en gerespecteerd, is er een geworden van structurele belangenverstrengeling. Centrale banken als de DNB zijn feitelijk “een verlengstuk geworden van financiële markten en overheidsbeleid”, schrijft politicoloog Sander Boon in een open brief aan Klaas Knot. “Door de centrale rol van de staatslening neemt het primaat van de politiek toe en is de monetaire rol van centrale banken uitgehold. Centrale banken staan inmiddels klaar om hun ‘geldpers’ te gebruiken om politieke doelstellingen na te streven. In dit licht bezien is het voor veel mensen misschien ineens duidelijk dat je veel politieker uit de hoek komt.”
Het groene moralisme van DNB
Als centrale bank is DNB de bank voor de andere banken. Voor leningen aan die banken, wat eveneens tot de opdracht van DNB behoort, legt Knot tegenwoordig eveneens ‘groene’ maatstaven aan. Het is verontrustend te zien hoe een ooit gerespecteerd, toezichthoudend instituut als DNB geleidelijk zo de focus verloren heeft en onder invloed van haar EU-verstrengeling in de greep is geraakt van de klimaatideologie. “Bij DNB staat verduurzaming hoog op de agenda”, staat nu op de website van DNB te lezen. “Wij adviseren de overheid en nemen het op in ons toezicht, onze beleggingen en onze bedrijfsvoering.” Dit groene moralisme van de DNB heeft effect, want zij is de bank, waar andere banken voor leningen terecht moeten kunnen. De onzakelijke overweging of die wel groen genoeg zijn, weegt dus voortaan mee.
Onbestendig toekomstperspectief
DNB stelt zelfs: “De tijd dringt, want hoe langer we wachten, hoe groter de onzekerheid en de kans op economische schokken.” Dit misplaatste alarmisme neemt het verkeerde probleem in het vizier: de huidige, dramatisch stijgende energieprijzen zijn immers op de eerste plaats een gevolg van het ondoordachte, puur ideologisch gemotiveerde afstoten van fossiele energiebronnen, zonder dat daar al deugdelijke alternatieven voor zijn. De klimaatagenda zorgt dus juist voor een onbestendig toekomstperspectief, inmiddels verergerd door coronacrisis en de Oekraïne-oorlog
Schuldenlanden worden beleidsmatig ontzien
Wat die geldpers betreft: de president van DNB is qualitate qua medebestuurder van de Europese Centrale Bank (ECB). Klaas Knot benadrukte in een interview met De Telegraaf echter daar beslist niet voor het Nederlands belang te zitten, maar “om het Europese monetair beleid vorm te geven”. Dat monetaire beleid is er echter vooral op gericht de landen te ontzien die grote schulden hebben gemaakt (en die daarom ook weinig animo vertonen orde op zaken te stellen). Na de oprichting heeft de ECB even onder directie gestaan van een Nederlander, de socialist Wim Duisenberg (PvdA). Maar direct daarna nam Frankrijk het over met Jean-Claude Trichet. Hij loodste de ECB door de financiële crisis van 2008, waarna de Italiaan Mario Draghi het overnam.
‘Whatever it takes’
Toen op 2012 opnieuw grote financiële onrust ontstond door twijfels over de solvabiliteit van schuldenlanden als Spanje en Italië, “redde” Draghi de euro met de beroemd geworden woorden “de ECB is bereid alles te doen wat nodig is om de euro te redden”. Whatever it takes: dit verwees naar het ECB- beleid om grootschalig schatkistpapier te kopen met daartoe gecreëerd geld. Dit heet ‘kwantitatieve versoepeling’ en komt populair gezegd neer op de geldpers laten draaien, en dat in tot dusver ongekende mate. Om de schuldenlanden (waaronder Draghi’s eigen Italië) uit de wind te houden, hield de ECB de rentetarieven laag en houdt dat sindsdien vol. Ook de komst van een nieuwe president, Christine Lagarde, in 2019 heeft daar geen verandering in gebracht. Lagarde (geen econome, maar juriste) is afkomstig uit Frankrijk, een staat die vanuit de eigen schuldpositie evenmin belang heeft bij rentestijging.
Privé-eigendom smelt weg
Maar voor Nederlanders is de kunstmatig lage rente van de ECB, die zich naar de andere banken doorzet, zeer nadelig. Mensen die geld op de bank hebben staan, bijvoorbeeld gezinnen die een buffer nodig hebben voor onvoorziene omstandigheden of gepensioneerden die gespaard hebben en het daar nu van moeten hebben, zien de rente die het zou moeten opbrengen en tegen inflatie beveiligen, al gedurende jaren dalen en zelfs negatief worden. In hoeverre het nominale bedrag gegarandeerd is, is eveneens twijfelachtig geworden. Hun privé-eigendom smelt weg, zonder dat ze daar iets tegen kunnen doen. Notabene van DNB komt de suggestie het eigen huis in belastingbox 3 te doen en de huisbezitter nog meer te melken. Ondertussen heeft de fiscus jarenlang gedaan alsof spaargeld met 4 procent per jaar rendeert en daarover belasting geheven, hoewel de Hoge Raad oordeelde dat dit niet reëel en dus oneerlijk is. Zo draait zowel het Nederlandse als het Europese beleid uit op veelzijdige inbreuken op het grondrecht van privé-eigendom.
Almaar doorgaande massa-immigratie
Omdat vanwege de lage rent het lenen van geld goedkoop is, zijn de huizenprijzen tot recordhoogte gestegen. Zo kan het lijken dat de lage rente althans voor een groep Nederlanders wel voordelig is, maar dat is meer schijn dan werkelijkheid. Kunstmatige rentetarieven werken immers desinformerend en marktverstorend. Kleine en grote beleggers, inclusief buitenlands ‘cowboykapitaal’ dat op snelle winst uit is, werpen zich intussen op Nederlands onroerend goed en drijven de huizenprijzen nog verder omhoog. Jonge mensen en startende gezinnen slagen er niet meer in, zelfs niet met een redelijke inkomen, om een eigen huis te verwerven. De almaar doorgaande massa-immigratie scherpt de woningnood alleen maar verder aan.
Klimaatnarratief: erfschuld tegenover aarde
Wanneer we de tendens van de afgelopen jaren samenvatten, zoals die zichtbaar is geworden onder de kabinetten Rutte, dan zien we een sluipende aantasting van het privé-eigendom van de Nederlander, terwijl die onder morele druk gezet wordt om een vermeend dreigend onheil te helpen afwenden: een dramatische omslag in het klimaat, die de burger bij gebrek aan medewerking aan zichzelf te wijten zou hebben. Maar als ook als hij wel meewerkt, blijft hij schuldig, want wie leeft, verbruikt fossiele brandstof en draagt zo bij aan de uitstoot van broeikassen en het verzieken van ‘Moeder Aarde’. Hetzelfde geldt voor wie vlees eet, nog altijd de overgrote meerderheid van de bevolking, die zich dus ook daarover schuldig dient te voelen. In het klimaatnarratief kunnen we van de erfschuld die tegenover de aarde en haar klimaat alleen afkomen via de ‘verlossing’ van minder privé-eigendom, minder consumeren, en vooral minder natie, traditie en inspraak. In plaats daarvan moet de macht naar nieuwe globale bestuursorganen worden overgedragen.
D66-achtige internationale machtskliek
Deze tendens is al lang gaande en is onder meer de oorzaak van de almaar doorgaande immigratie waar de bevolking niet om gevraagd heeft. Wetgeving en ingrijpende verdragen, zoals het migratieverdrag van Marrakesh (2018), komen niet meer van onderop, uit de samenleving via vertegenwoordigende lichamen, maar dalen neer vanuit grote supranationale organisaties, zoals de Europese Commissie en de vele dochters van de Verenigde Naties zoals de Wereldbank of de Wereldgezondheidsorganisatie. Deze organisaties en lichamen worden gekenmerkt door grote ambtenarijen waar hoogopgeleide mensen werken in goedbetaalde banen met weinig risico. Ze vinden hun tegenhangers bij de internationale bedrijven, met name bij Big Tech, de grote monopolistische tech-bedrijven van Silicon Valley. Al deze mensen hebben baat bij het globalisme en interpreteren kritiek erop of zelfs voorzichtige uitingen van zorg over het behoud van de natie en de nationale cultuur als enghartig nationalisme, populisme of ‘extreem-rechts’.
Tweederangsburger in eigen land
Door de overheersing van deze linksliberale, D66-achtige sociologische groep in media, bedrijfsleven, NGO’s, lobbygroepen, ambtenarij en rechterlijke macht krijgt de gewone Nederlander steeds meer het gevoel een tweederangs burger te zijn geworden in eigen land. Niet alleen zijn privé-eigendom wordt uitgehold, ook zijn invloed op de samenleving taant. Onder invloed van de globalisering ziet hij banen verdwijnen naar het buitenland. Zelf moet hij steeds vaker met een flexbaan genoegen nemen, terwijl zijn sociale bescherming wordt afgebouwd. De AOW’er en de pensioentrekker merken dit als eersten. Zij worden tot sluitposten van de begroting gemaakt.
Vermeende dreiging van wereldomvattende proporties
Waar leidt dit alles heen? De groene agenda is in feite een rode agenda, zoals Cultuur onder Vuur eerder heeft laten zien in het boek Groen is het nieuwe rood. Het socialisme dat maatschappelijke problemen eenzijdig als machtsvragen interpreteert, maar dat zo gevoelig gezichtsverlies leed in 1989 dat het afgedaan scheen te hebben, probeert door middel van een vermeende dreiging van wereldomvattende proporties – klimaatopwarming – alsnog zijn agenda van nivellering, bestrijding van privé-eigendom en economische groei, alsmede van basisinkomen en wereldbestuur door te drukken. Tegen deze dreigende despotie is de traditionele christelijke beschaving de enige serieuze en principiële bescherming. De uitslag van die worsteling zal voor de toekomst van Nederland bepalend zijn.
Laatst bijgewerkt: 19 oktober 2022 10:55