
Halsema: “Ik zou Maccabi niet gauw opnieuw uitnodigen.” Geen belofte tot betere bescherming, geen reflectie op falend beleid. Integendeel: liever geen joden meer in de stad dan nogmaals kritiek op haar gezag. (bron)
Jodenjacht-rapport: islamterreur onder het tapijt van Halsema
Het rapport over de gruwelen rondom de ‘Jodenjacht’ na de Maccabi-wedstrijd in Amsterdam leest als een vergoelijking van geweld door islamitische allochtonen. Niet de wandaden staan centraal, maar het uit de wind houden van de daders. De begeleidende brief van burgemeester Halsema lijkt meer begaan met het imago van de islamitische gemeenschap dan met de veiligheid van Joden.
Halsema neemt daders in bescherming
De raadsinformatiebrief van burgemeester Halsema benoemt nadrukkelijk de “Amsterdammers met een Marokkaanse en/of islamitische achtergrond.” Niet omdat zij worden verdacht, maar omdat er volgens Halsema “al snel met de vinger werd gewezen.” Daarmee neemt zij niet de slachtoffers, maar de daders in bescherming. De islamitische achtergrond van veel ‘jodenjagers’ wordt niet benoemd. Terwijl iedereen met ogen om te zien de conclusie kan trekken. En wie de waarheid ontkent of verbloemt, voedt de leugen. Terwijl Joden met angst in hun hart de stad doorkruisen, lijkt Halsema zich vooral druk te maken om imagoschade aan de islam.
Geen fouten? Geen geloofwaardigheid...
Het rapport van het Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement (COT) spreekt van een “doordachte en zorgvuldige voorbereiding” en “passend handelen” van de driehoek. De realiteit laat echter zien dat er geen enkele grip was op de situatie: antisemitisch geweld barstte ‘onverwacht’ los (terwijl in het rapport nota bene wordt beschreven dat politie voor de wedstrijd al wist dat “relschoppers” voornemens waren om Joden op te wachten en aan te vallen), de politie was afwezig, communicatie ontbrak. Hoe rijmt zich dat met “zorgvuldigheid”? Zo lijkt het rapport vooral een witwasoperatie om Halsema en consorten vrij te pleiten. “Geen enkele overheid kan misdaad volledig uitsluiten,” schrijft Halsema ter verdediging. Maar jodenjachten gebeuren niet zomaar. Er is een specifieke voedingsbodem voor en die wordt zorgvuldig uit de conclusies geweerd.
Geen woord over islam
Wie het rapport leest, wordt getroffen door het eufemisme. Niet moslims of de befaamde ‘jongeren,’ maar “pro-Palestijnse aanhangers” zijn verantwoordelijk, alsof het mogelijk ook om studenten Kees en Mees uit Oegstgeest zou gaan. Of, nog bizarder: “Deze aanvallen worden bijvoorbeeld uitgevoerd door scooters, fat-bikes, taxi’s of te voet.” Dus niet specifieke mensen, maar vervoersmiddelen worden tot dader gemaakt. Dit is meer dan voorzichtigheid: het is ontkenning. De enige keer dat het woord “moslims” valt, is in een geciteerde X-post van Geert Wilders. De rest van het rapport draait om de hete brij heen. Het gevolg? Een diagnose zonder oorzaak. En dus: een oplossing zonder effect.
De juiste diagnose
In de islam is geweld tegen ongelovigen geen ontsporing, maar een heilige plicht. De sharia schrijft de doodstraf voor afvalligen voor en roept op tot jihad – gewapende strijd tegen niet-moslims. Zulke theologische denkbeelden zijn geen marginaal verschijnsel: ze worden wereldwijd gepredikt in moskeeën en islamitische scholen. Joden en christenen worden in het beste geval getolereerd: onderworpen, vernederd en zwaar belast. Met regelmaat worden zij massaal afgeslacht. Dat is geen misverstand, maar de kern van een religieuze leer die haaks staat op onze christelijke beschaving. Het geweld in Amsterdam is dus geen ‘incident,’ maar de logische uitkomst van een ideologie die structureel geweld tegen ongelovigen legitimeert. Het COT-rapport zwijgt hierover. Halsema ook. En wie deze fundamentele waarheid niet durft te benoemen, voert geen onderzoek – maar propaganda.
Lees ook: Christenen afgeslacht door islamitische Fulani’s in Nigeria
Verlammende politieke correctheid
De ideologische motieven van het geweld worden verzwegen om politieke correctheid te waarborgen. Het is een herhaling van het Rotherham-schandaal in Groot-Brittannië, waar autoriteiten decennialang zwegen over het systematische seksueel misbruik van duizenden blanke Britse meisjes door moslimbendes – uit angst om van racisme beschuldigd te worden. Dezelfde verlammende politieke correctheid die deze Britse meisjes in de steek liet, ontneemt nu Joden in Amsterdam hun bescherming.
Halsema: ‘Liever zwichten voor islamterreur dan Joden op bezoek’
In reactie op de rapporten zei Halsema: “Ik zou Maccabi niet gauw opnieuw uitnodigen.” Geen belofte tot betere bescherming, geen reflectie op falend beleid. Integendeel: liever geen Joden meer in de stad dan nogmaals kritiek op haar gezag. Deze opstelling zegt alles over haar prioriteiten. In plaats van Joden te beschermen, worden ze buiten de deur gehouden. Dat is de prijs die Halsema bereid is te betalen om geen islamitische gevoelens te kwetsen. De burgemeester van de hoofdstad kiest partij – niet voor de slachtoffers, maar voor de daders.
Lees ook: Wat betekent het nu werkelijk om Nederlander te zijn?
Halsema verloochent Nederland
Het rapport spreekt van een “kort en hevig” incident. Maar voor de joodse gemeenschap was het een voortzetting van een nachtmerrie die niet zomaar voorbij is. De angst blijft. En de echte verontwaardiging? Die blijft uit. Geen excuses. Geen harde woorden over islamitisch antisemitisme. Geen harde aanpak van islamterreur. En dit zijn de vruchten: moslims voelen zich vrij om op jodenjacht te gaan in een stad die wereldwijd beroemd staat om haar ‘vrijheid’ en ‘tolerantie.’ En Femke Halalsema springt voor ze op de bres – het is niks minder dan het volgende hoofdstuk in de zelfverloochening van de Nederlandse natie.
Laatst bijgewerkt: 18 juni 2025 10:30